Wat is het verschil tussen een Eerste Bijzondere Inspectie (EBI) en een Periodieke Inspectie (PI)?
Een Eerste Bijzondere Inspectie (EBI) vindt eenmalig plaats na het opleveren van een installatie of het doorvoeren van een wijziging. Daarna vinden Periodieke Inspecties (PI) plaats met een vaste interval.
Een EBI is de eerste inspectie van een nieuwe of gewijzigde installatie. Het betreft een grondige inspectie waarbij al het elektrisch materieel wordt gekeurd. Deze inspectie is uitgebreider dan een PI en dient als basis voor de effectieve uitvoering van inspectie en onderhoud. Bij een EBI wordt getoetst of de kwaliteit van aanleg van de installatie(s) aan wet- en regelgeving (denk aan Woningwet, Arbowet, wet Milieubeheer en Warenwet) alsook aan de instructies van de fabrikant voldoen. Hierbij wordt de installatie(s) op de volgende normen en standaarden getoetst:
- NEN 1010 Elektrische laagspanningsinstallaties;
- NEN-EN-IEC 61439 Veiligheid van machines – Elektrische uitrusting van machines;
- NEN-EN-IEC 60204 Laagspanningsschakel- en verdeelinrichtingen.
De installatie wordt optimaal volgens de op dat moment geldende veiligheidseisen afgesteld. Na de inspectie wordt een uitgebreid inspectierapport opgesteld dat vervolgens bij de periodieke inspecties weer wordt toegepast.
Na een EBI dient een installatie periodiek geïnspecteerd te worden. Een periodieke inspectie is een inspectie met een vast interval waarbij de installatie wordt getoetst op het optimaal en veilig functioneren van de installatie(s). (Potentiële) defecten in elektrische installaties kunnen op deze manier tijdig worden opgespoord. Het interval is o.a. afhankelijk van de eisen van de verzekeringsmaatschappij en de kwaliteit van de installatie.
Zowel een EBI alsook een PI kan uitsluitend worden uitgevoerd door bevoegde inspecteurs van gecertificeerde bedrijven.